zondag 27 oktober 2013
Logboek deel 118
De kegelclub
Een tijdsbeeld over de voorstelling 'olwiefkenijs' en de rare ideeën van een gepensioneerde dorpsdirigent in een drieluik-blog.
Het is zondagmorgen de klok is een uur teruggezet en het is buiten winderig regenachtig en 13 C.
Olwiefkenijs
Olwiefkenijs over de voorstelling 26 okt. 2013 voor de kegelclub 'Liek Oet’ te Delfzijl. De kegelclub bestaat nog uit om en bij de 25 leden. Ik ben dan nog een jong broekie tussen al deze herfstbladeren. Het waren allemaal mensen waar ik de goede oude tijd mee heb doorgebracht. De voorzitter haalde nog even aan dat ik met mijn trio vanaf 1994 een paar jaar achter elkaar het jaar feest had verzorgd... Ja dat was nog eens een tijd.
Het eerste deel van de voorstelling ging goed, alles uit het hoofd, geen enkele keer spieken. De begeleidings-muziek had ik deze keer apart lopen en dat was wel even spannend. De muziek via de USB stick laat te wensen over en daarom doe ik dit nu met een CD speler die ik apart kan regelen via een aparte speaker-box en met een lekker bas-geluid erbij.
Als je voor eigen publiek speelt met een nieuw genre moeten ze altijd eerst even de kat uit de boom kijken maar het ijs was al snel gebroken. Het tweede hoofdstuk hoefde niet, zoals afgesproken want men moest bingo spelen...Ik schoof ook aan en kwam naast twee oud bekenden te zitten waarvan de vrouw steeds haar man benadrukte dat hij om zijn bloeddruk moest denken...ook bemerkte ze dat zijn oog weer rood aanliep...maar de Grunneger nam rustig zijn borreltje en zei niets, hij was het ogenschijnlijk gewend.
Ik begon omstreeks tien uur, na weer een toespraak een lied en een voordracht te hebben aan gehoord, met het derde hoofdstuk en dat was lachen geblazen, waarschijnlijk ook doordat de Grunneger een iets lichtelijk tintje alcohol in het bloed had gekregen. De verhaaltjes doen het goed en vooral mijn voordracht in het plat Duuts...waar geen woord Duits van over blijft maar het is lachen geblazen.
Ik ben er nu wel achter gekomen dat je met een beetje gelul meer succes kan boeken als je te blubber blazen op een toeter.
Een verhaaltje in het Grunnegs
Mien vraauw het n kompoeter kocht, je wilt ja mitdoun. We zitten op twitter, we twittern wat oaf mit ons baiden. Ik heb al honderd volgers dat binnen minsen dij joe achternoa zitten.
Ons dochter is deur dat ding aan n kerel kommen...vandoag bestellen en mòrgen in hoes...De boeren hebben dat nog nait deur, bie ons in t dòrp was nog n boer dij n vraauw bestèlde oet n katalogus, hai kreeg allint de klaaier.
Dochter dee twij klikken en ze haar n kerel, n Chinees...meneer Ping...gain Ping Ping mor gewoon Ping. Dochter het hom eerst geld stuurt den zien mouder haar n ongeluk kregen en toun het ze weer geld stuurt...aal zaikte in femilie. Ik zeg t is net Mark Rutten dij het ook aal vellèt.
Lèst zee k gekscherend tegen vraauw toun we op bère gingen... „zollen we nog even ping pongen“...Ik mag zo groag ping pongen...wer ze kwoad...Ze zee ik was aal aan t discrimenoaren. Ik zee din speul k wel solo partijtje...
t Wicht het hom raize betoald en doar ston Ping veur deur...Hai zee: „Mien noam stoat ook al op deur ja“...Ik zeg „nee das deurbèl.“ We mouten bie t wicht op grond thee drinken, das nou heur cultuur.
Ik geef der nait zoveul om mor vraauw is zo braid van achtern as dij hìnploft, hebben ze der in Loppersum last van. Ping het ook wel grappen è... hai zee lèst LHollanders KlaasKloppen ik zeg joa... Chinezen geld tou de buuts oet kloppen...k haar direct 100 volgers meer op twitter.
De Klarinet
De Oehler reförm klarinet deel 2
Oskar Oehler had drie leerlingen. De bekendste en productiefste was Athur Uebel. Hij produceerde vanaf 1940 de bekende Uebel klarinetten met hun centered dikke warme toon. Een oude Uebel klarinet moet je nooit laten liggen...de tegenwoordige Uebels worden in China gemaakt.
De eerste maker die de theorieën van Ernst Schmidt en Louis Kolbe in de praktijk omzette was Fritz Würlitzer. Hij maakte tussen 1930-1940 de reform klarinet. Eigenlijk een combinatie tussen de Schmidt-Kolbe en Oehler klarinet met dien verstande dat de klank Duits bleef. De boring werd nog groter (15,2)
Ernst Schmidt 1870-1954 studeerde klarinet in Leipzig en toonde veel interesse in de akoestiek leer, gestimuleerd door Tr.Gentzch de klarinettist in Leipzig. Ernst Schmidt besloot in 1895 over te stappen op een Böhm klarinet wat in die tijd,vooral in Duitsland, een grote stap was. Hij begreep de voordelen van het kleppen mechaniek maar was ontevreden over de stemming en besloot de toongaten te veranderen en in 1905/1912 vroeg hij patent aan voor zijn extra Bes/gat, die op elke klarinet werd toegepast.
Hij was klarinetist en klarinet-stemmer maar had nooit een eigen werkplaats. Hij werkte samen met Louis Kolbe en later met Fritz Würlitzer. Volgende keer meer...
Groetjes
John Hoekman
zondag 20 oktober 2013
Logboek deel 117
Fritz Baermann klarinet
Een tijdsbeeld over de voorstelling 'olwiefkenijs' en de rare ideeën van een gepensioneerde dorpsdirigent in een drieluik-blog.
Olwiefkenijs
Het is 19 okt. 2013 en het weer is nog steeds prima.
Ik had vorige woensdag voor de tweede keer in korte tijd een optreden in Finsterwolde. Je kunt eigenlijk spreken over een thuishaven, daar ik hier ook vijfentwintig jaar dirigent ben geweest in Finsterwolde. Dit tweede optreden ging ook weer zoals ik bedoeld had. Ik zal natuurlijk ook berichten als het niet goed gaat en dat is in het verleden al een keer gebeurd. De fout die gemakkelijk wordt gemaakt is klakkeloos een snabbel aannemen, zo van ha ha...ik heb een optreden. Ik moest dit vroeger wel eens doen vanwege het brood op de plank. Je klimt de ene keer de ladder omhoog en dan val je weer als een baksteen naar beneden.
Voorstelling en publiek moet passen. Je kunt geen Mozart spelen in een kroeg op de kermis, dat is dan wel een extreem voorbeeld maar zo ongeveer moet je het bekijken. Ik kreeg laatst een telefoontje, de man had van mij gehoord, voor een optreden. Ik merkte al snel dat ik voor de achtergrond was...hij ging er een bingo tussen door gooien...een toespraak en of ik dan een half uurtje kon opvullen...met wat grappen. Nu...dan merk je al wel dat punt één de mensen weer veel te lang moeten luisteren naar een doorgeslagen narcist en punt twee veel te lang op een stoel moeten zitten. Als ik dan aan de beurt ben gaan ze vast en zeker naar het toilet.
Op een reünie gaan ze, logisch, allemaal praten en moet je geen cabaret willen, neem dan een achtergrond muziekje. Ik maak naast mijn voorstelling nu ook een potpourri video-beelden met uitsluitend muziek...kijken ze of kijken ze niet maakt me niet uit...dan is het gewoon achtergrond, maar het optreden gaat dan wel naar de kloten en de mond op mond reclame zal ook niet geweldig zijn.
Het verhaaltje in het Grunnegs.
Ik mos lèst mit vraauw n buustholder kopen. Ze haren allint push up buustholders...zegt dij verkoopstertje..."Push betekent duwen en up is omhoog“...Ik zèg „vertel mie wat.“
Ik zeg tegen vraauw doe moust de borsten omhoog tillen. Zai t hokje in en toun ze de barrel omhoog haar ruip ze „ woar hèst doe dij buustholder.“ Ik zèg „lot mor weer hangen,“ zat ze der boven op.
Ik zeg loat mie dij borsten mor tillen..."dat zol die zo paazen“ en toun mos ik dij buustholder vastholden. Zai haar t spul weer oareg nuver omhoog, t zat ook nuver in dij buustholder mor toun mos t ding van achtern nog vast...Ik zèg „lot mor weer hangen.“
„Doe moust achter mie stoan“ zee vraauw „mor gain flauwekul in winkel è..“ Ik docht noa... en legde buustholder op de grond en zee „ stap doe der mor in, din trek ik t omhoog,“ mor ze was te braid van achtern...Ik zeg „ lot mor weer hangen.“
„We doun het over de kop hìn“ ...Opains ropt dij verkoopster...“kunnen jullie klaar komen“ Ik zee „ Nee“ ...“moet ik helpen“...Ik zeg: „Joa...kin mien vraauw der bie blieven.“
De Klarinet
De reform Böhm klarinet heeft zijn oorsprong in de Oehler klarinet. Dit systeem werd ontworpen door Oskar Oehler (1858-1936) Hij speelde in het Berlijns Filharmonisch orkest. Hij ontwierp zijn model toen hij zijn klarinetten atelier begon in 1878 in Berlijn. In dit jaar nam hij ontslag als klarinettist bij het orkest.
Drie zaken waren van belang 1) de technische problemen 2) de intonatie 3) het volume. Oehler was een verwoed reiziger en dat was in die tijd een hele toer om je per koets te laten verplaatsen en zo ontmoete hij op één van zijn reizen de heer Carl Baermann in München. Carl was de zoon van Heinrich Baermann die leefde van 1784-1847. Dit was eigenlijk de man die het mondstuk omdraaide en het riet met de onderlip bewerkte in plaats van de bovenlip wat toen gebruikelijk was. Baermann was de uitvinder van de Baermann klarinet.
Oehler ontmoette ook A.Neff in Kassel en zal ook hier ervaringen hebben opgedaan. Er bestaat nog een firma Neff holzblaasinstr. in Duitsland. Oehler had dus een goede kijk op de zaken wat er zoal gaande was in Duitsland. De drie bekende leerlingen van Oehler waren Oskar Uebel, G.Greassel en L.Warschewski. De zoon of kleinzoon van Frits Graessel is gestopt in 1975 met klarinetten bouwen.
Het is dus best mogelijk hier van deze Greassel nog eens een keer op eBay een klarinet te bemachtigen. Warschewski (1888-1950) is naar Stockholm gegaan als klarinettist van het orkest aldaar. De veranderingen die hij aanbracht aan de Uebel klarinet zijn een beetje vaag men vermoed dat het te maken heeft met bobbels in de boring. Volgens mij was het een branieschopper...maar dat is mijn persoonlijke mening. De boring van Oehler was 14,8 mm en was voor die tijd een wijde boring. De centered tone boringen kwamen pas na 1960.
Volgende keer verder
Groetjes
John Hoekman
Een tijdsbeeld over de voorstelling 'olwiefkenijs' en de rare ideeën van een gepensioneerde dorpsdirigent in een drieluik-blog.
Olwiefkenijs
Het is 19 okt. 2013 en het weer is nog steeds prima.
Ik had vorige woensdag voor de tweede keer in korte tijd een optreden in Finsterwolde. Je kunt eigenlijk spreken over een thuishaven, daar ik hier ook vijfentwintig jaar dirigent ben geweest in Finsterwolde. Dit tweede optreden ging ook weer zoals ik bedoeld had. Ik zal natuurlijk ook berichten als het niet goed gaat en dat is in het verleden al een keer gebeurd. De fout die gemakkelijk wordt gemaakt is klakkeloos een snabbel aannemen, zo van ha ha...ik heb een optreden. Ik moest dit vroeger wel eens doen vanwege het brood op de plank. Je klimt de ene keer de ladder omhoog en dan val je weer als een baksteen naar beneden.
Voorstelling en publiek moet passen. Je kunt geen Mozart spelen in een kroeg op de kermis, dat is dan wel een extreem voorbeeld maar zo ongeveer moet je het bekijken. Ik kreeg laatst een telefoontje, de man had van mij gehoord, voor een optreden. Ik merkte al snel dat ik voor de achtergrond was...hij ging er een bingo tussen door gooien...een toespraak en of ik dan een half uurtje kon opvullen...met wat grappen. Nu...dan merk je al wel dat punt één de mensen weer veel te lang moeten luisteren naar een doorgeslagen narcist en punt twee veel te lang op een stoel moeten zitten. Als ik dan aan de beurt ben gaan ze vast en zeker naar het toilet.
Op een reünie gaan ze, logisch, allemaal praten en moet je geen cabaret willen, neem dan een achtergrond muziekje. Ik maak naast mijn voorstelling nu ook een potpourri video-beelden met uitsluitend muziek...kijken ze of kijken ze niet maakt me niet uit...dan is het gewoon achtergrond, maar het optreden gaat dan wel naar de kloten en de mond op mond reclame zal ook niet geweldig zijn.
Het verhaaltje in het Grunnegs.
Ik mos lèst mit vraauw n buustholder kopen. Ze haren allint push up buustholders...zegt dij verkoopstertje..."Push betekent duwen en up is omhoog“...Ik zèg „vertel mie wat.“
Ik zeg tegen vraauw doe moust de borsten omhoog tillen. Zai t hokje in en toun ze de barrel omhoog haar ruip ze „ woar hèst doe dij buustholder.“ Ik zèg „lot mor weer hangen,“ zat ze der boven op.
Ik zeg loat mie dij borsten mor tillen..."dat zol die zo paazen“ en toun mos ik dij buustholder vastholden. Zai haar t spul weer oareg nuver omhoog, t zat ook nuver in dij buustholder mor toun mos t ding van achtern nog vast...Ik zèg „lot mor weer hangen.“
„Doe moust achter mie stoan“ zee vraauw „mor gain flauwekul in winkel è..“ Ik docht noa... en legde buustholder op de grond en zee „ stap doe der mor in, din trek ik t omhoog,“ mor ze was te braid van achtern...Ik zeg „ lot mor weer hangen.“
„We doun het over de kop hìn“ ...Opains ropt dij verkoopster...“kunnen jullie klaar komen“ Ik zee „ Nee“ ...“moet ik helpen“...Ik zeg: „Joa...kin mien vraauw der bie blieven.“
De Klarinet
De reform Böhm klarinet heeft zijn oorsprong in de Oehler klarinet. Dit systeem werd ontworpen door Oskar Oehler (1858-1936) Hij speelde in het Berlijns Filharmonisch orkest. Hij ontwierp zijn model toen hij zijn klarinetten atelier begon in 1878 in Berlijn. In dit jaar nam hij ontslag als klarinettist bij het orkest.
Drie zaken waren van belang 1) de technische problemen 2) de intonatie 3) het volume. Oehler was een verwoed reiziger en dat was in die tijd een hele toer om je per koets te laten verplaatsen en zo ontmoete hij op één van zijn reizen de heer Carl Baermann in München. Carl was de zoon van Heinrich Baermann die leefde van 1784-1847. Dit was eigenlijk de man die het mondstuk omdraaide en het riet met de onderlip bewerkte in plaats van de bovenlip wat toen gebruikelijk was. Baermann was de uitvinder van de Baermann klarinet.
Oehler ontmoette ook A.Neff in Kassel en zal ook hier ervaringen hebben opgedaan. Er bestaat nog een firma Neff holzblaasinstr. in Duitsland. Oehler had dus een goede kijk op de zaken wat er zoal gaande was in Duitsland. De drie bekende leerlingen van Oehler waren Oskar Uebel, G.Greassel en L.Warschewski. De zoon of kleinzoon van Frits Graessel is gestopt in 1975 met klarinetten bouwen.
Het is dus best mogelijk hier van deze Greassel nog eens een keer op eBay een klarinet te bemachtigen. Warschewski (1888-1950) is naar Stockholm gegaan als klarinettist van het orkest aldaar. De veranderingen die hij aanbracht aan de Uebel klarinet zijn een beetje vaag men vermoed dat het te maken heeft met bobbels in de boring. Volgens mij was het een branieschopper...maar dat is mijn persoonlijke mening. De boring van Oehler was 14,8 mm en was voor die tijd een wijde boring. De centered tone boringen kwamen pas na 1960.
Volgende keer verder
Groetjes
John Hoekman
zondag 13 oktober 2013
Logboek deel 116
Het Duits systeem
Een tijdsbeeld over de voorstelling 'olwiefkenijs' en de rare ideeën van een gepensioneerde dorpsdirigent in een drieluik-blog.
Woldendorp 12-okt 2013 temperatuur 10C en nog steeds mooi weer voor de tijd van het jaar doch af en toe een regenbuitje. Het gras voor de pony s wordt schaars. Ik denk net als het vorig jaar dat ik kan maaien tot 1/11/13.
Olwiefkenijs
De voorstelling gaat prima, afgelopen woensdag was ik in Siddeburen (prov.Groningen) aantal bezoekers om en bij de 40 mensen. Alles ging goed vanaf het begin tot het eind. Ik heb zelf geen aan- of opmerkingen en dat wil wat zeggen, alhoewel ik wel bezig ben het door b.v. een act, verkleden typetje nadoen meer beweging in het geheel te scheppen.
Stientje van Kraaierspoul was een profeetsker die eens achter Siddeburen leefde.
Een profeet is iemand die voorspellingen doet over veranderingen in het land, over oorlogen en vorstenhuizen enz. en een waarzegster is iemand die meer op personen is gericht. Ik vroeg aan de zaal of ook iemand ooit had gehoord van Kraaierspoul, misschien een gehuchtje of een sloot die naar haar vernoemd is en....tot mijn grote verbazing wist een oudere man iets te vertellen over Kraaierspoul. Ik kon het niet goed verstaan maar de naam Kraaierspoul was de man niet onbekend. Hij zal wel de laatste persoon zijn die er iets over weet en ook deze myte zal verdwijnen. Volgende week woensdag naar Finsterwolde en daar verheug ik me op.
Een gedichtje/liedje in het Grunnegs.
Jan Roos de zanger oet stad
As t in kop schoot ging hai op pad.
Zong hai de verskes mit veul gedou
van Zoltkamp tot Dollert tou.
Schurreldouk en schoede nog veur
stonnen de mouders te schoatern in deur.
Jan Roos de zanger oet stad
verbrak de sleur, hai was weer op pad.
Stok omhoog zong hai Verdi en Bach.
De mìnsen laggen din slap van de lach.
Körtbainen waren drok...wat een gejoul
din pakte zien stok en huig om zuch tou.
Was Jan nou klouk of was Jan nou dom,
n flotske lallen of pokkel die krom.
Was Jan nou dom of was Jan nou klouk
Het blift veur èlk een gesloten bouk.
De Klarinet
Het wordt al wat eerder donker en bij het kacheltje is het gezellig werken aan de klarinetten. Ik denk op het moment (een moment opname) aan alleen maar klarinetten te verzamelen en te restaureren van voor 1950/1960. Deze trend zal zeker de toekomst worden omdat er al grote namen c.q. bouwers mee bezig zijn en de instrumenten duur verkopen.
Deze klarinetten zijn vaak met veel meer zorg en veelal met de hand gemaakt door vakmensen. De kleppen krijgen dan een flinke opknapbeurt zodat ze als nieuw blinken en dan wordt het opeens een heel ander nieuw instrument. Ik heb op het moment een Fontain Couesnon op de werkbank liggen. Trouwens het instrument is door een andere bouwer gemaakt. Ik vind dit zeer verwarrend want ik wil graag weten wie de bouwer is maar ja...het instrument is super, de intonatie ietwat wennen.
Böhm versus Oehler systeem
In Amerika leerde men generatie op generatie de Böhm klarinetten bespelen. Würtlitzer de specialist van het Oehler systeem deed moeilijk zaken in Amerika. De man woonde in Oost Duitsland sprak en verstond geen Engels en daar bleef het bij. Het leuke is dat het geluid van een Böhm niet kon tippen aan de Duits donkere en lyrische klank, maar de grepen waren bij de Böhm weer veel gemakkelijker. De oplossing kwam later Würlitzer bouwde de reform-Böhm klarinet en tot op heden, ook vanwege de prijs, wordt het heel weinig gebruikt.
De klank bij een Refom-Böhm klarinet bleef dus Duits en de grepen zijn Duits/Böhm...De klank bleef Duits en als je het mij vraagt kun je dan even zo goed een Duits systeem bespelen want de moeilijkheden bij de grepen zijn te overwinnen. We zijn/worden niet allemaal top klarinettisten...waar dan de grepen van het Duits systeem wel iets in de weg zitten.
De Böhm specialisten/bouwers blijven aan het experimenteren met dan weer een hard rubberen body of een ander tonnetje dan weer een ander mondstuk, om de klank te benaderen.
Àpropos een ander mondstuk...Als je een Würtlitzer bespeeld dan moet je ook een Duits mondstuk nemen. Nu in deze tijd van gemakken zoekt men een mondstuk die gemakkelijk blaast, maar vroeger moest je het met het mondstuk doen die erop zat en lukte het niet dan moest je maar oefenen...en zie daar na een half jaar lukte het en is het jouw favoriet mondstuk geworden. Ik kocht nieuwe sax mondstukken voor een orkest en het was me een gepiep en gejammer. De meiden bleven op mijn advies volhouden en na een half jaar geen piepeltjes meer en de klank die ik voor ogen had kwam te voorschijn.
Evenzo de klank moet je, zoals ik al zei, zelf voor ogen hebben en dan zijn de Böhm klarinetten wat kil en soms metaal-achtig, vooral als je iets harder blaast. Ik doe verschrikkelijk mijn best om zachtjes te blazen, te intoneren en maar oppassen dat je niet uit de ban springt...In mijn opnamen is dat goed te horen...soms zit er een geluidje tussen waar de beheersing even te wensen over laat. Luister naar Cry me a river...
Groetjes
John Hoekman
zaterdag 12 oktober 2013
zaterdag 5 oktober 2013
Logboek deel 115
Een tijdsbeeld over de voorstelling 'olwiefkenijs' en de rare ideeën van een gepensioneerde dorpsdirigent in een drieluik-blog.
Woldendorp 05-okt 2013 temperatuur 10C mooi weer voor de tijd van het jaar.
Olwiefkenijs
Het gaat goed met de voorstelling. Ik krijg het gevoel dat het in de toekomst nog druk zal worden sterker nog dat de voorstelling nog veel meer belangstelling zal krijgen. De telefoon rinkelt en steeds meer aanvragen...Toen ik het plan had een verslag te doen via deze blogs vanaf 2006 wist ik zelf ook niet of het zou lukken.
De blogs moeten eigenlijk ook een wegwijzer zijn voor die mensen die iets soortgelijks willen doen. Niet een verslag met veel bombarie en lof maar hoe het in de werkelijkheid gaat tenminste hier in het noorden van het land. Ik zal nog enige punten aanhalen...
Geloof in jouw product, jouw format, dit kun je in het begin met je naaste personen bespreken maar pas op!!! deel het nooit met vreemde mensen in het vak, of management waarvan je denkt dat ze iets voor jou kunnen betekenen.
Hier heb ik steken laten vallen...In de hoogste politieke kringen gingen/gaan bakken subsidie in om, blijft heel heel vaak in eigen kring, waar jij vervolgens dan toch niet voor in aanmerking komt en vertel deze figuren nooit jouw idee.
Doe het zoveel mogelijk alleen. Ik had dit kunnen weten want een zanger uit het verleden die ik eens een keer mocht begeleiden namelijk wijlen Louis Neefs had me dit al een keer op het hart gedrukt. Doe de show alleen en betrek als het eenmaal goed gaat en als de financiën het toestaan een tweede persoon. Ga dan zo doorborduren met bv een derde, vierde persoon. In mijn geval zit ik meer te denken aan een technische man.
Het aller belangrijkste is natuurlijk...geef de moed niet op...Soms gebeurd er niks, dit kun je ook duidelijk lezen in de blogs van de afgelopen jaren. Doe er iets anders bij...niet vastbijten. Wil het niet lukken dan heb je altijd dat andere ding...maar als je erin geloofd geef het niet op, doe het anders even in de la.
Ik sta bekent om mijn veranderingen en ik vind nog steeds dat het belangrijk is de voorstelling steeds te blijven verbeteren...iedere keer na een optreden ga ik evalueren, wat was er niet goed en wat was er wel goed. Zo heb ik deze week de inleiding weer verandert in toch weer een oudere versie.
Ik vind het wel jammer dat de cultuur-instanties van gemeente en provincie die zo hoog van de toren blazen over synergie en ander onzin, zich niet laten horen of zien. Ze zijn nog steeds met zichzelf bezig en de subsidies...over waar moet het geld deze keer weer heen. Mijn show gaat immers over de geschiedenis in een vorm die er nog niet was. Het zou een leuk TV programma kunnen zijn.
Geschiedenis is altijd zo ernstig, over regenten en veldheren, maar er gebeurde zoveel naast jouw deur en daar wordt nauwelijks over gesproken.
Deze week geen verhaaltje in het Grunnegs de tijd ontbreekt omdat ik bezig ben met nieuwe grappen en teksten over de geschiedenis van Noord/Oost Groningen.
De klarinet fabriek
De klarinet-studio blijft een beetje stil, maar er liggen nog klarinetten klaar voor de verkoop en de verkoop trekt ook weer iets aan. Ik hunker er wel naar want er ligt nog een hele mooie klarinet op de werkbank namelijk een Leblanc 1176...Een heel mooi toetertje en er zat een B45 mondstuk op dus dat is mooi meegenomen.
Ik las op het internet een artikel van de vintage klarinet doctor het volgende...
Hij schrijft dat het voor hem niets uitmaakt uit welke body het instrument is gemaakt...Het mondstuk maakt het geluid en niet onbelangrijk jouw manier van blazen. Ik wil daar iets aan toevoegen en dat is...blaas regelmatig lange tonen...vooral in de laagte...Zijn stelling kan ik me goed in vinden alhoewel hout mij toch het meest aanspreekt.
Ik blaas nu vaak op verschillende instrumenten en merk steeds dat er niet zoveel onderscheid is tussen een goedkoop instrument of een duur instrument. Neem bv de Leblanc opus II toch een instrument van 3000 tot 3500 euro. Ik vind het een lomp instrument in de handen en ook nog eens zwaar...Het geluid is vol maar toch ook weer hard...iets ongevoelig...zoals een Böhm klarinet vaak kan klinken. De stemming is prima. De eerste indruk van de Leblanc 1176 vond ik iets beter...vooral in de laagte. De Getzen waar ik op blaas en ik weet niet of het uit de Selmer fabriek komt blaast super en maar toch ook weer een iets dunnere toon... neem ik dan de Würtlizer dan is dit toch een gevoelig instrument die alles aankan dus de verschillen zijn op het eerste gezicht en vooral voor de beginner bijna niet waarneembaar. Ik moet wel zeggen de Duitse Oehler/Albert systemen scoren beter in mijn opinie. Ik moet nog wel even kwijt dat mensen mij bellen en praten over merken en dan een heel verhaal over deze klarinet vind ik toch beter klinken als dat andere instrument enz... en ze kunnen er zelf nog geen geluid uitkrijgen...waar praat je dan over.
Groetjes
John Hoekman
Abonneren op:
Posts (Atom)