maandag 25 april 2011

Logboek deel 45






Hoi,

Een rustige week en gelukkig de tijd voor nieuwe dingen bedenken. Ik heb het boek 'De Graanrepubliek'van Frank Westerman nog eens weer doorgelezen, een stuk polder-geschiedenis die je niet mag missen.Ik kan er eigenlijk niets van gebruiken voor mijn voorstelling maar de achtergrond informatie heb je zeker ook wel nodig.
Als ik de opdracht zou krijgen zat er wel een(goede)musical in.

Ik heb weer twee nieuwe gedichten geschreven. Het eerste gedicht gaat over mijn oom Pude die graag ging vissen.

Visken, visken, visken,
in t Oterdummer moar.
Mit mien leutje wurmke
bin ik… door t grote gevoar.

Even bie t wiefke vòt,
t angeltje onder aarm.
Dapper op mien plof
hup…noar Oterdummerwaar’m (warfen)

Zit ik dìn tussen t rait
de zunne op mien snoet,
je waiten wel hou t gait
sloap… komt joe tot ogen oet.

Dommeln, dommeln, dommeln,
je worren niks meer gewoar.
t Krukje begunt te schommeln
plomp…in t Oterdummer moar.

Kreus op neus en wakker
stiekelsteerten zeden wat nou.
Snouken zeden dij stakker
mout…weer noar de visboer tou.

Visken, visken, visken,
in t Oterdummer moar.
Mit mien leutje wurmke
bin ik… door t grote gevoar.

Oterdum is een verdwenen dorp in de Oosterhouk dicht bij Termunten (prov.Groningen)
Oterdum moest plaats maken voor de industrie. Er werd zand gespoten op het mooie groene land en door het wegblijven van de industrie (of het instorten van de welvaart van Delfzijl) ligt er 50 jaar later nog steeds zand.Het volgende gedicht is niet bedoeld voor Oterdum maar zo maar een gedicht misschien was het boek van Westerman mijn inspiratie.

As je veur n dubbeltje binnen geboren,
din wor je nooit gain kwartje.
Je kinnen nait bloazen van de toren
in n hoeske mit n plaggendakje.

Mien òllen waren aarm as job,
der was niks te verwacht n.
Waarken deden ze op schop,
n plak stoet mos de pien verzacht n.

Wie sluipen bie t swien op staal
t was door lekker waarm.
n Bèr veur vair man wat smaal
mor wat wil je …wie waren ja aarm.

Speulgoud kon je vergeten
dat konnen we nait betoalen
We haren mor zuneg te eten
woar mozzen we t geld van hoalen.

Noa de viefde klas mos k aan t waark,
aans kwammen we nait deur tied.
Je vroagen joe oaf, hail staark
woarom is de ain aarm en de aander riek.

Domie zee…eerst gèld… din zal ik t vertellen
en zo preekte hai hoog van de toren.
Moust ter nait mit n aander over lèllen,
doe… bist veur n dubbeltje geboren.

Groetjes
John Hoekman

donderdag 14 april 2011

Logboek 44





Gisteravond 13 april 2011 met de voorstelling naar Sibboeren. Het dorp telt een dikke 3000 inwoners. Meer weten ga naar Siddeburen Wikipedia.
Een link te maken lukt me nog steeds niet. (http://nl.wikipedia.org/wiki/Siddeburen)

Een optreden in het Ufkenshuis, een verzorgingstehuis voor bejaarden. Man…man…man…zo iets heb ik (bijna) nog nooit gezien. Het is een nieuw gebouw met een entree waar je U tegen zegt, een concertzaal, een restaurant…en nog een zaal … nou nou alles op zijn Amerikaans waar je nog een keer… U… tegen zegt. De zaal waar we moesten optreden was omringt met balkons en er hingen schijnwerpers in twee cirkels aan het plafon. Het podium was uitgerust met een vol automatisch videoscherm zo groot als in een bioscoop…ongelofelijk…wat je ziet. De beamer hoef je niet uit te pakken…alles was daar op elkaar aangepast…

Eigenlijk moet ik wel zeggen, dat ik het een ‘beetje’ overdreven vond in een dorp van 3000 inwoners…maar ik gun het de mensen van harte…omdat de filmpjes die ik laat zien van 60 jaar geleden precies het tegenovergestelde laat zien. Pure armoede in de tehuizen en waar de kinderen uit arme gezinnen vakanties kregen aangeboden om er even tussen uit te mogen.

Ik kreeg vorige week een aanbieding van een mevrouw die ergens in mei jarig is. Ze wilde de voorstelling laten horen en zien aan al haar kinderen en kleinkinderen en dat lijkt me een heel goed idee. De voorstelling moest eigenlijk verplicht worden op de scholen. De kinderen kunnen dan eens van dichtbij horen en zien hoe het nog niet zolang geleden was. Ik laat namelijk ook een filmpje zien van een schoolklas anno 1950 die toen op een onschuldige manier de meester voor de gek hielden.

Leuk was dat een echtpaar na afloop van de voorstelling een praatje kwam maken en me vertelden dat ze nog nooit zo leuk geschiedenis hadden gehad. Ze hadden het goed begrepen…geschiedenis met een rode draad, een verhaal, een lied en de filmpjes en dat alles doorgoten met humor. Het waren geen Groningers en ze hadden toch enorm genoten van de oude Groninger humor…nou leuk toch…

Groetjes
John Hoekman